Content |
Uitgave 13 van de Volkssterrenwacht Simon Stevin Oudenbosch.
Inleiding:
In de maand maart van het jaar 1610 verscheen te Venetië een klein boekje: DE STERRENBODE. Het was geschreven door de toen 46 jaar oude wis- en natuurkundige Galileo Galileï.
Het beschreef zijn eerste waarnemingen met zijn zelf gebouwde Hollandse kijker. (Over de uitvinding van dit instrument zie: onze uitgave ‘DE UITVINDING VAN DE VERREKIJKER’)
Voor zover wij weten is van dit boekje, dat in zijn tijd zoveel stof onder de geleerden deed opwaaien, nooit een Nederlandse vertaling verschenen.
Dat is jammer, want juist voor de amateur-astronoom is het boeiend een verslag te lezen van de eerste ontdekkingen met een zeer bescheiden kijker.
In het begin van zijn STERRENBODE doet Galileï het voorkomen alsof hij het principe van de Hollandse kijker zelf her-ontdekt heeft. Het is echter zo goed als zeker, dat hij een dergelijk apparaat zelf in handen heeft gehad, of er minstens een zeer uitgebreide beschrijving van heeft gekregen van een zijner vrienden. Uit de figuur van de stralengang in de kijker en de bijbehorende tekst blijkt overduidelijk dat Galilei de werking van de kijker niet begreep.
Overigens is dit boekje van Galilei volkomen modern: hij beschrijft zijn waarnemingen minutieus, doet voortdurend metingen en probeert uit het waargenomene conclusies te trekken.
Inhoud:
- Inleiding
- De Sterrenbode bevattend en verklarend waarnemingen die de laatste tijd gedaan zijn met behulp van een pas uitgevonden telescoop en …..
- Galileï’s verslag van de uitvinding van zijn telescoop.
- De eerste waarnemingen van Galilei met zijn telescoop.
- Methode om de sterkte van de vergroting te bepalen bij een telescoop.
- De Maan Oneffenheden van haar oppervlak. Het bestaan van bergen en dalen op de maan.
- Telescopische sterren- hun ontzaglijk aantal.
- De Melkweg bestaat geheel uit ontelbare hoeveelheden sterren van verschillende grootte.
- Nevels opgelost in sterrenhopen
- Intermezzo.
- Wat men uit de voorgaande waarnemingen kan afleiden betreffende de banen en de omlooptijden van de satellieten van Jupiter
|