Brabantse biografieën 2: Levensbeschrijvingen van bekende en onbekende Noordbrabanders

NUGI 641

Woord vooraf:
In de tweede bundel Brabantse biografieën komt opnieuw een aantal boeiende levensverhalen aan bod van geboren Brabanders of van personen die, hoewel elders geboren, voor deze provincie van bijzondere betekenis zijn geweest.Terecht wordt in de ondertiteling aangegeven dat het daarbij niet alleen om bekende personen gaat, zoals bijvoorbeeld Antoon Coolen, de onderwijspionier Hendrik Moller of de politicus Gerard Veldkamp
Brabanders die niet algemeen bekend raakten, hebben soms een levensloop die zo boeiend of belangrijk is geweest, dat zij een plaats in dit deel verdienen. Onder hen Maria van Leuven, wier leven in de dertiende eeuw voortdurend ondergeschikt was aan de dynastieke belangen van haar vader, hertog Hendrik I van Brabant. Of de Helmondse pater Ildefonus, wiens vasthoudende strijd tegen de drankduivel hem de bijnaam de waterpater’ ‘bezorgde. Tot de overigen die beschreven worden behoren Lambert Hezenmans, de restauratie-architect van de Sint-Jan in ‘s-Hertogenbosch, Willem Binck, de oprichter van Brabants Heem, en de achttiendeeeuwse schrifster Juliana de Lannoy.

De redactie van de Brabantse biografieën prijst zich gelukkig dat de ontvangst van de eerste bundel van dien aard is geweest, dat een tweede kon worden samengesteld. Genoeg kundige en enthousiaste auteurs dienden zich weer aan, of werden gevonden.
In de jaren 1828`tot 1852 verscheen bij J.J. Arkesteyn te ‘s-Hertogenbosch een ‘Geschiedkundig Woordenboek, of Beknopte Levensbeschrijvingen van Mannen, die, van het begin der wereld tot op onzen tijd, zich door vernuft, begaafdheden, deugden, dwalingen of misdaden hebben beroemd of berucht gemaakt. Het was een vertaling van een eerder in het Frans verschenen werk van de Zuid-Nederlandse priester F.A. de Feller, vermeerder met artikelen ‘die eene meer onmiddellijke betrekking tot de Nederlanden hebben. Dit boekwerk verscheen onder de aan Horatius ontleende zinspreuk ‘Convenientia cuique’ oftewel; Iets geschikt voor iedereen’. Dit laatste heeft de redactie van de Brabantse biografieën ook ernstig nagestreefd. Inspirerend is voor de redactie ook, dat De Fellers werk maar liefst achtentwintig delen telde. Want hoewel ons rekruteringsgebied iets kleiner is, niet de wereld maar Noord-Brabant, hopen wij toch dat ook dit tweede deel van de Brabantse biografieën niet het laatste is, omdat nog genoeg interessante personen een beschrijving waard zijn.

Inhoud:

Woord vooraf

De auteurs

Levensbeschrijvingen op alfabetische volgorde van: – Beurden, Josephus Stephanus van (1878 – 1945) – Binck, Willem Johannes Cornelis (1882 – 1971)  – Coolen, Antonius Franciscus (1897 – 1961) – Cunen, Joannes Marcellus (1884 – 1940) – Delft, Antonius Henricus Joseph van (1876 – 1956) – Dolmans, Henricus Johannes ( 1840 – 1899) – Dongen, Josephus Maria Andreas Cornelius van (1906 – 1973) – Enckenvoirt, Willem van (1464 – 1534) – Frencken, Franciscus Bernardus Josephus (1886 – 1946) – Gils, Broeder Gummarus van ( 1895 – 1952) – Hanewinkel, Stephanus (1766 – 1856) – Heesters, Johannes Henricus ((1893 – 1982) – Hendrix, Wilhelmus Hubertus (1896 – 1965) – Hermans, Cornelis Rudolphus (1805 – 1869) – Hezenmans, Lambertus Christianus (1841 – 1909) – Hultman, Carel Gerard (1752 – 1820) – Ildefonsus, Pater ofm cap (1875 – 1930) – Lannoy, Juliana Cornelia de (1738 – 1782) – Leuven, Maria van (1189/1190 – 1260) –  Lutkie, Wouterus Leonardus ( 1887 – 1968) – Maas, Hermanus Hubertus Joannes ( 1877 – 1958) – Moller, Hendrik Willem Evert (1869 – 1940) – Ouwerling, Hendrik Nicolaas (1861 – 1932) – Overstraten, Adriana van ( 1756 – 1828) – Panneboeter, Gerard Willem (1759 – 1830) – Scheepens, Hendrikus Johannes (1911 – 1979) – Tulder, Henri Jacques van (1819 – 1903) – Veldkamp, Gerardus Matheus Johannes (1921 – 1990) – Wesselman, Carel Frederik (1746 – 1825) – Wintermans, Josephus Jacobus (1877 – 1955) – Witlox, Joannes Henricus Josephus Maria (1886 – 1955).