Hees 12, 5521 NV Eersel

Bescherming Gemeentelijk monument
Monumentnummer 4.19.7.003
Monument naam De Hoge Hees
Categorie Gebouwen, woonhuizen
Oorspronkelijke functie Landhuis
Huidige functie Woonhuis
Inschrijving register 10 september 2002
Oorspronkelijk bouwjaar 1919

Beschrijving

Landhuis “De Hoge Hees”, thans woonhuis annex galerie, in 1919 gebouwd naar een ontwerp van Nicolaas Eekman in Gooise landhuisstijl voor Mej. Mirandolle (een rijke Amsterdamse met koffieplantages in Nederlands-Indië). Volgens de huidige bewoner is dit het enige bouwkundige ontwerp van deze kunstenaar. De architectuur wordt gekenmerkt door een mengvorm van Engelse cottagestijl-invloeden en elementen van landelijke bouwkunst uit het Gooi, zoals lage bakstenen bouwlaag waarin traditionele venstertypes met kleine ruitjes en luiken, forse rieten kap met dakkapellen, houten veranda (overdekt terras) en een hall met schouw en trappenhuis. De “in stijl” aangebouwde galerie komt niet voor bescherming in aanmerking.

De opdrachtgeefster bezat in de directe omgeving een gebied van ca. 50 hectare. Het vrijstaande pand ten zuiden van het landhuis (Hees 10) was gebouwd als dienstwoning. Het landhuis bevindt zich in het buitengebied tussen de kernen Eersel en Steensel en is gesitueerd aan de rand van de buurtschap De Hees in een bosrijke omgeving nabij de snelweg A67. De tuinaanleg is gemoderniseerd. Oude elementen in de beplanting zijn twee populieren, twee bruine beuken en een lindeboom.

Landhuis van één bouwlaag en zolderverdieping op rechthoekig grondplan (de toegevoegde galerie aan de westzijde komt niet voor bescherming in aanmerking). De in halfsteensverband gemetselde gevels worden afgesloten door een muizetandlijst en hebben op de hoeken steunberen die zich verjongen. De uitgespaarde muuropeningen worden afgesloten door kopse rollagen of strekken. De vensterkozijnen bestaan uit licht getoogde houten bovendorpels en enigszins uitkragende houten onderdorpels.

Het tentdak wordt bekroond door een gemetselde schoorsteen. De windvaan met jaartal “1919” op de schoorsteen is niet oorspronkelijk. Het van oorsprong rieten dak is thans gedekt met shingles. Boven de ingang en een venster in de zuidgevel èn een venster in de oostgevel is het dak boogvormig opgewipt. De dakkapellen zijn recht of halfrond afgesloten.

In de voorgevel aan de zuidzijde bevindt zich de ingang, die bestaat uit een opgeklampte tweedelige deur van kraaldelen en een bovenlicht met roedenverdeling (cirkel tussen twee vierkanten). Rechts van de ingang bevinden zich twee halfronde tweeruits raampjes. Het zeer brede venster links van de ingang bestaat uit een driedelig kozijn met zestigruits middenraam en vijftienruits draairamen met luiken aan weerszijden. In de gevelterugsprong links hiervan bevindt zich een klein zesruits raam met luik, en een kruiskozijn met onder het kalf negenruits draairamen met luiken en boven het kalf zesruits ramen met diefijzers.

De linker zijgevel wordt volledig aan het zicht onttrokken door de uitbreiding met voormalige kunstgalerie.

De symmetrisch ingedeelde rechter zijgevel heeft een segmentboogvormig afgesloten midden­risaliet waarin een kruiskozijn van het eerder omschreven type. Aan weerszijden van de risaliet bevindt zich een klein vierruits draairaampje met luik.

De achtergevel heeft in het midden een gevelterugsprong in combinatie met een veranda onder aankapping. In de gevelterugsprong bevindt zich een groot samengesteld venster (groot meerruits raam, geflankeerd door minder hoge vijftienruits draairamen), een ingang met opgeklampte deur en een tweeruits raampje ter plaatse van het trappenhuis. Voor deze terugsprong is een terras met afgeschuinde hoeken aangelegd. De aankapping boven het terras wordt ondersteund door vier met planken beklede stijlen met schoren. De achtzijdige stijlen zijn geplaatst op hardstenen poeren. Links van dit overdekte terras (veranda) bevindt zich een tweedelig kozijn met vijftienruits draairamen en luiken; rechts hiervan bevindt zich een kruiskozijn van het eerder omschreven type.

Het interieur van het woonhuis is grotendeels intact. Het belangrijkste ruimtelijke element is de zogenaamde hall. Dit grote vertrek strekt zich uit van de voor- tot achtergevel en bezit vele in vurenhout uitgevoerde interieurelementen, zoals diverse deuren met smeedijzeren hang- en sluitwerk, een bordestrap met bewerkte trappaal en spijlen, een balklaag met eenvoudig geprofileerde consoles, een kastenwand met geïntegreerde muurbanken onder een venster, en een betimmerde schouw die tevens dienst doet als zitnis: twee bankjes van kraaldelen aan weerszijden van de stookplaats. Tegen de betegelde achterwand van de schouw (wit- en schildpadtegels geblokt) is een haardplaat geplaatst met de afbeelding van een fluitist en danseres (volgens huidige bewoner daterend van omstreeks 1700).

Ten zuiden van het woonhuis staat een vrijstaand schuurtje dat voor de bescherming van ondergeschikt belang is: rechthoekig gebouwtje in halfsteensverband met steunberen op de hoeken, opgeklampte deur met smeedijzeren beslag, twee vierruits raampjes met elk een luik, schilddak met rode tuiles du Nord.[1]


Historie

Mej. MirandolleMejuffrouw Mirandolle, voluit Georgine Louise Charlotte Antoinette Mirandolle, was een rijke Amsterdamse dame, die haar fortuin had te danken aan de suikerplantages van haar familie in Nederlands-Indië, nu Indonesië. Ze bleef onge­huwd en ze was protestants, lid van de Doops¬gezinde kerk. Ze vestigde zich voor het eerst in Eersel in 1918, toen ze in de zomer hier verbleef op adres A2a, waarschijnlijk ergens in de kom van het dorp. Twee jaar later, in 1920, vestigde ze zich op de Hees en bleef hier tot september 1924. In 1919 had ze daar een huis laten bouwen. Haar huis en het daarnaast gelegen huis (Hees 10) van de heer Schriever, de be­heer­der van het terrein, zijn ontworpen door Nicolaas Eekman. Deze architect was ook schilder-tekenaar en woonde in Parijs. Ze had twee pleegkinderen, Jan Meulmeester (10-01-1917) en Nilis Willem Dekker (15-10-1917). In dezelfde periode speelde de verdeling van het communale gebied van De Hooge Hees. Zij was één van de drijvende krach­ten hierin. Ze kreeg hierbij ook de hulp van haar broer, die advocaat was.

In 1919 verliet de dorpsdokter Dr. Bakhuizen van den Brink (toen 61 jaar) Eersel, om zich weer in zijn geboortestad Den Haag te vestigen. Hij woon­de in ‘De Drietip’, het huis op de hoek van de Duizelseweg en de Dalemsedijk in Eersel. Enige tijd daarna kocht mejuffrouw Mirandolle het huis voor ƒ25.000 en schonk het aan de Protestantse gemeente om als pastorie te dienen voor de dominee. Bij de aanleg van elektriciteit in Eersel bood mejuffrouw Mirandolle aan om een renteloos voorschot aan de gemeente te verlenen van ƒ20.000, onder de voorwaarde dat De Hees tegelijk met het dorp zou worden voorzien van elektriciteit. Kort daarop, in september 1924 vertrok ze weer terug naar Amsterdam.

Op 30 juni 1936 keerde ze weer terug naar Eersel. Haar eerste pleegzoon, Jan Meulmeester, vertrok een week eerder naar Hillegom. Nilis Dekker kwam wel mee naar Eersel. Hij ging echter hetzelfde jaar nog, op 6 oktober 1936, naar Oegstgeest. Mejuffrouw Mirandolle vertrok op 3 februari 1938 naar Heemstede. Korte tijd later, op 6 november 1939, schonk ze een groot deel van het grondgebied dat ze op de Hees in bezit had, incl. de boerderij De Bult (Hees 40), aan de vereniging Natuurmonumenten, die het nog altijd in bezit heeft. Het betrof 10,5 ha in de gemeente Eersel, 2,8 ha in de gemeente Duizel en 2,2 ha in de gemeente Vessem. Een deel is verloren gegaan bij de aanleg van de snelweg Eindhoven – Antwerpen, maar het gebied heet nog altijd ‘Mirandolles Heike’.[2]

Het huis werd in 1939 verkocht aan François van Dissel, een linnenfabrikant uit Eindhoven. Hij woonde er alleen in de zomer. Gedurende de oorlog mochten er geen huizen leegstaan en daarom woonden er soms wel drie families in “de villa”. De laatste familie, die er woonde was Van Luijt en zij wilden emigreren naar Australië en zochten dus voor de intussen weduwe van Dissel een nieuwe huurder. Rien van den Brink en zijn vrouw Beatrijs van de Poel wilde het graag kopen, maar Mevr. Van Dissel wilde alleen aan protestanten verkopen. Mevr. Van Dissel verkocht het pand aan een mevrouw uit Hilversum, maar die had ook bezwaar tegen een katholiek gezin. Daarom meldde zich de vader van Beatrijs, Dr. A. Van de Poel uit Breda als kandidaat-koper en op 5 oktober 1952 werd de villa zijn eigendom en kon hij zijn dochter en schoonzoon het pand verhuren. In 1971 werd de villa met 16 Aren grond eigendom van Beatrijs van den Brink-Van de Poel. In 1969 werd de villa uitgebreid met een nieuw gedeelte: de Kunstzaal “De Hoge Hees”. Vanaf 1971 vonden daar ook ”Zomerbuiten exposities” plaats met medewerking van Natuurmonumenten. Tot 2010 hebben er exposities plaatsgevonden.[3]


Waardering

Het object heeft architectuurhistorische waarde

  • als goed en zeldzaam voorbeeld van een klein landhuis, “De Hoge Hees” genaamd, dat in 1919 is gebouwd naar ontwerp van kunstenaar N. Eekman in Gooise landhuisstijl (naar verluidt zijn enige architectonische ontwerp);
  • vanwege de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp, dat wordt gekenmerkt door een mengvorm van Engelse cottagestijl-invloeden en elementen van landelijke bouw­kunst uit het Gooi, zoals een lage bakstenen bouwlaag waarin traditionele venstertypes met kleine ruitjes en luiken, forse rieten kap met dakkapellen, houten veranda en een hall met schouw en trappenhuis (niet oorspronkelijk zijn de huidige dakbedekking en de aan­gebouwde galerie);
  • vanwege de zeldzame en gave in vurenhout uitgevoerde (woning-)interieurelementen, zoals deuren, een bordestrap, een kastenwand met geïntegreerde muurbanken en een grote schouw annex zitnis.

Het object heeft stedenbouwkundige waarde

  • vanwege het ensemble dat het pand vormt samen met de nabijgelegen voormalige dienst­woning en de oude beplanting, te midden van een fraaie landschappelijke en bosrijke omgeving.

Het object heeft cultuurhistorische waarde

  • als voormalig landhuis van Mej. Mirandolle, de toenmalige eigenaresse van het landgoed.[4]

Afbeeldingen

De Hees 12, Eersel, 1941

Villa Mirandolle in 1941. Foto collectie Frans Huijbregts / Kempenmuseum.

De Hees 12, Eersel, 1981

Gallerie De Hoge Hees in 1981. Foto Wies van Leeuwen, collectie BHIC, nr. PNB001016181.

De Hees 12, Eersel, 2003

Foto Winfried Thijssen (2003-12).


Voetnoten

[1]    Omschrijving monumenten door Gelders genootschap, datum omschrijving november 1996.

[2]    Thijssen, Winfried; “‘Een rijke Amsterdamsche dame’ in Eersel”, De Rosdoek 129, maart 2009, p.4-8.

[3]    Biezen, Annie; “Een “freule” op de Hees”, De Rosdoek Nr.162, juni 2017, p.9-17.

[4]    Waardering uit Omschrijving monumenten door Gelders genootschap, datum omschrijving november 1996.