Titel | ‘Arbeyd sere voert tot eere’: Hendrik van der Geld, de neogotiek en de Brabantse beeldhouwkunst |
---|---|
Omslag | |
Content | SISO 726.7; UDC 73(492.93)”1830/1920″ Uit Woord vooraf: Op 28 augustus 1979, enkele dagen voor de opening van ‘naar gothieken kunstzin’, de tentoonstelling die hij mede had voorbereid, kwam Arnold Jansen om het leven tijdens een treinongeluk te Nijmegen. Dit tragisch gebeuren maakte en eind aan een leven waarin de studie van beeldhouwkunst en kleinkunst een grote rol speelde. Zijn onderzoek naar de vroege sculptuur van het Maasland zou niet verder meer komen dan een summier geordende fotocollectie, waarvan het werkelijke verband in zijn hoofd vorm had gekregen. de publikatie van zijn artikel over Hendrik van der Geld in het tijdschrift Antiek zou posthuum plaats moeten vinden en ook zijn eigen bijdrage aan de bovengenoemde tentoonstelling ‘kerkelijke kunst en cultuur in Noord-Brabant in de negentiende eeuw’ heeft hij niet meer in druk mogen zien.Gelukkig bleek zijn onderzoek naar Van der Geld voldoende aanknopingspunten te bieden om de spil te vormen van de nu voor U liggende publikatie. Het resultaat van een bewerking van zijn onderzoek naar de Bossche beeldhouwer en de bonnen van diens stijl vormt hier een triptiek, met twee studies van ondergetekende (Wies van Leeuwen), die Arnolds werk omlijsten en perspectief geven. Deze publikatie zou onmogelijk zijn geweest zonder de werkzaamheden, die Arnold en ik enkele jaren lang onder leiding van pastoor G. Vrins hebben mogen verrichten ten behoeve van het vastleggen van de kerkelijke kunst in het Bossche diocees. Inhoudsopgave: WOORD VOORAF BRONNENPUBLIKATIES EN LITERATUUR LIJST VAN AFBEELDINGEN Hoofdstuk I: A.J.C. van Leeuwen DE NEOGOTIEK VAN ROMANTISCHE VORM TOT ENIG WARE STIJL Romantiek, natuur en Neogotiek I; gotiek en katholieke stijl_ 1. Naar een kerkelijke kunst bij uitstek_2. Visioen en werkelijkheid_3. Mijn juk is zoet, mijn last is licht_4. Conclusies en uitzicht. Hoofdstuk II: A.H.E.M. Jansen, HENDRIK VAN DER GELD, LEVEN EN VOORBEELDEN _1. Een eigen stijl_2. De ontdekking van de Nederrijn en de laatgotische kunst_3. Een ‘heerlijk kunstwerk”. Hoofdstuk III: A.J.C. van Leeuwen ‘SCHOON EN SOLIED WERK’, ATELIERS VOOR KERKELIJKE KUNST IN BRABANT: Een noodzakelijkerwijs fragmentarisch beeld _1. Kunstenaar of ambachtsman?_2. ‘Volledige kerk-ameublementen in alle stijlen’_3. Kleine en grote bedrijven_4. Conclusie. Hoofdstuk IV: G.P.P. Vrins, BESCHRIJVING VAN WERKEN DOOR H. VAN DER GELD (FOTO’S PETER COX) BIJLAGEN I T/M III INDEX VAN PERSOONS- EN PLAATSNAMEN CURRICULUM VITAE |
Reeksnaam | Bijdragen tot de geschiedenis van het Zuiden van Nederland (Deel LXXX) |
Auteur | A.H.E.M. Jansen; A.J.C. van Leeuwen; G.P.P.Vrins |
Uitgever | Stichting Zuidelijk Historisch Contact |
Jaar | 1989 |
ISBN | 90-70641-30-5 |
Aantal pagina's | 209 |
Rubriek | Cultuurgeschiedenis, Kerkgeschiedenis, en Kunst |
Periode | 19de Eeuw (Industrialisatie) - 1800 tot 1900 en 20ste Eeuw 1ste helft -1900 tot 1950 |
Regio | Brabant Algemeen |
Collectie | Theo v.d. Ven |
Locatie | 04-2-01 |